Bijeengefietste verhalen
De verhalen van mijn fietsreizen heb ik opgesplitst in twee items: de langeafstandsreizen en de weektochten
De langeafstandsreizen zijn mijn gekoesterde trots, Europa veroveren op de fiets.
Ik hanteer twee principes bij het plannen.
Ik wil iedere keer thuis beginnen, ook al zijn de kilometers door Vlaanderen of door de Ardennen niet van de mooiste en makkelijkste. De kick van 'hier ben ik met de fiets geraakt vanuit mijn eigen straat' is echter te sterk om aan te weerstaan.
En daarnaast wil ik iedere kilometer rijden met de fiets. Geen 'hulpmiddelen' onderweg, treinen of bussen om moeilijke of saaie stukken te overbruggen.
Zo bekom je een mooie Europese mix van lieflijke paadjes in rivierdalen, bewegwijzerde routes door bossen en verkeersvrije straten in toeristische centra, maar evenzeer vuile wegen door zware industrie-zones, zesvaksinvalswegen rond mega-steden, donkere tunnels en eindeloos lijkende bergpassen.
Wat staat er op het lange-afstandsverlanglijstje? De Balkan, de landen van het voormalige Warschau-pact, de Europese staten van de vroegere Sovjet-Unie, Skandinavië. Ik moet het nog allemaal doen, als tijd en conditie het zullen toelaten. Enkele 'bekende' fietsfreaks aarzelen niet om hun plannen op voorhand bekend te maken. Kris is er zo eentje, de link naar zijn website zit tussen mijn referenties en links. Ik ben wat voorzichtiger, maar Athene zit erin voor 2008. Compostela zou voor de tweede keer aan de beurt moeten komen in het volgende Heilig Jaar 2010, anders zal het daarvoor wachten worden op 2021.
En al ooit gehoord van die gekken, die door Ethiopië en Soedan fietsen op weg naar Zuid-Afrika? Toegegeven, het is begeleid en zonder bagage op de fiets, maar die bestemmingen zijn voor de individuele fietser toch niet weggelegd. De link naar hun site vind je ook achteraan.
De weektochten zijn niet minder interessant, maar daar is vertrekken thuis niet aangewezen, als je er niet telkens een Lage Landentocht wil van maken.
Niet starten thuis dus, maar de reisfiets op het vliegtuig (of één keer op de auto) en vertrekken vanuit een Zuiders punt voor een lange fietslus.
Voor die weektochten heb ik één groot plan, waar ik nog vele jaren zoet mee zal zijn. Ik wil het ganse Iberische schiereiland affietsen, telkens in lussen, die mekaar raken maar niet snijden.
Ik heb al eens op een kaartje geprobeerd hoeveel er dat zouden zijn. Zo een stuk of 22, schat ik, meestal twee per luchthaven, die rechtstreeks vanuit Brussel te bereiken is. Voor Madrid zouden er vier nodig zijn om dat ganse eenzame centrale binnenland te bedekken en dan zijn er nog de Balearen en de Canarische Eilanden ook natuurlijk.
Twintigduizend kilometer is de prijs van dit meerjarenplan.